Vondst drie (tip van Ezio: als je écht mooie barbaresco wil proeven) Paolo Veglio. Zijn Cascina Roccalini is al 200 jaar van de familie. Hij is de eerste die wijn zelf bottelt. De akkers nebbiolo, alle rond het huis, staan op fameuze Sant’Agata-mergel. Hij blijkt groot Ganevat-fan, diens werkwijze een bron van inspiratie. Geen rvs in de kelder maar cementen cuves voor fermentatie, houten foeders voor opvoeding. De (biologische, natuurlijke) wijnen hebben de finesse en fluwelen elegantie die aan mooie vosne-romanée doen denken. Kruidig, mineraal, fruit, fraîcheur, kabbelende lengte. De Langhe Nebbiolo is in feite een jong, op het fruit gebottelde barbaresco: fijn aards-floraal, volslank, verkwikkend energiek ondanks soms forse alcoholgehalte. De Barbaresco is een grote wijn: enorm kruidig, rijp rood fruit, elegant en intens krachtig en machtig tegelijk. Heeft na botteling nog een paar jaar nodig. Een ontdekking.